Meer lezen, beter in wiskunde? 7 maart 2024 Door Janneke de Jong-Slagman

Veel scholen laten kinderen een halfuur per dag stillezen. Aan het belang hiervan wordt niet getwijfeld. Maakt het daarbij uit wat kinderen lezen?

Een langjarig Spaans onderzoek naar de relatie tussen lezen en de cognitieve ontwikkeling laat zien dat het wel degelijk uitmaakt wat je leest. Een groot cohort kinderen werd drie jaar gevolgd (tussen 10-11 jaar en 13-14 jaar) om hun schoolprestaties op het gebied van lezen en wiskunde te vergelijken met hun leesgedrag.

Bij het onderzoek werd hun leeshouding betrokken, maar ook het thuisfront: de leesactiviteiten van ouders en hun betrokkenheid bij het onderwijs, en de houding en betrokkenheid van kinderen ten opzichte van school.

Boeken lezen

Uit het onderzoek blijkt dat het lezen van verschillende tekstsoorten samenhangt met de schoolprestaties. Het verband tussen het lezen van boeken/romans en de cognitieve ontwikkeling van jongeren is vrij sterk. Tieners die (bijna) elke dag boeken lezen, scoren hoger op Spaanse taaltests dan degenen die (bijna) nooit boeken lezen. Het lezen van strips, tijdschriften en kranten heeft geen positief effect op schoolprestaties.

Beter in wiskunde

De onderzoekers melden dat het onderzoek ook enig bewijs levert van ‘overloopeffecten’ tussen het lezen van boeken (maar geen andere tekstsoorten) met academische vooruitgang in wiskunde. Op gestandaardiseerde wiskundetoetsen scoren kinderen die boeken lezen beter dan degenen die andere tekstsoorten lezen.

Tekstsoort doet ertoe

Wat kinderen kiezen om te lezen is dus erg belangrijk voor hun cognitieve ontwikkeling. Dit is relevant voor ouders, leerkrachten en het onderwijs in het algemeen. Jongeren moeten worden aangemoedigd om ‘gewoon’ een boek te lezen.

Andere, minder complexe en minder boeiende vormen van lezen leveren waarschijnlijk niet dezelfde voordelen op voor hun cognitieve ontwikkeling. Je kunt je zelfs afvragen of het lezen van strips, tijdschriften en kranten voor tieners wel echte leestijd is.

Tieners

Het onderzoek is uitgevoerd onder kinderen die al goed kunnen lezen. Mogelijk hebben de verschillende tekstsoorten minder effect op kinderen die nog vloeiend moeten leren lezen. Maar ook voor hen geldt: langere tijd diep en geconcentreerd in een verhaalwereld vertoeven, is beter dan wennen aan het vluchtiger karakter van strips.

Het is aan de school om kinderen te voorzien van boeken die passen bij hun ontwikkeling en belangstelling, zodat ze hun leestijd goed besteden.
 
Bron: Jerrim, J., Lopez-Agudo, L. A., & Marcenaro-Gutierrez, O. D.  (2020). Does it matter what children read? New evidence using longitudinal census data from Spain. Oxford Review of Education, 46(5), 515-533.
 
 Janneke de Jong-Slagman is docent Nederlands aan Driestar hogeschool (lvo en pabo).

Lees ook: Hoe ondersteun je kinderen bij het vloeiend leren lezen?